
De Nederlands Hervormde Grote Kerk is een eenvoudig uitgevoerde gotische kruisbasiliek met zuilen, waarvan de uitgebreide ruimten overdekt zijn met houten tongewelven. Een voorgaand, aan H. Barbara gewijd gebouw is één jaar na de verheffing tot een zogenaamde collegiale of kapittelkerk in 1422 grotendeels afgebrand en daarna op dezelfde plaats weer opgebouwd. De middenbeuk, het grootste gedeelte van het dwarspand en het 5/8-gesloten koor met omgang van het huidige kerkgebouw dateren uit deze periode. De zijbeuken zijn rond 1450 op de tegenwoordige, verhoudingsgewijs zeer grote breedte gebracht en het dwarspand is in het begin van de 16e eeuw aan beide zijden verlengd, rond 1500 met de O.L.Vr.kapel aan de noordzijde en – 1525 met de St. Barbarakapel of Kruiskoor aan de zuidzijde. Aan de zuidzijde van het koor bevindt zich een opmerkelijk, rond 1525 gebouwde sacristie met een 3/8-sluiting naar het zuiden.
De ten dele ingebouwde toren bestaat uit een ouder, soberuitgevoerd ondergedeelte, dat waarschijnlijk uit de 14de eeuw stamt en een rijkere en inspringende bovengeleding uit de 15de eeuw. De toren bezit sedert een brand tengevolge van blikseminslag in 1654 geen spits meer en is plat afgedekt met bovenaan een gemetselde, open borstwering rondom.
In het interieur zijn van belang de gesneden preekstoel, het doophek, de ronde banken voor de graaf en de magistraat, alsmede de portalen van de Utrechtse schrijnwerker mr. Joris Fluyt, alles daterende rond 1660. Het orgel is gebouwd door de orgelbouwer Verhofstad.
Lees uitvoerig over het carillon